Tegen 15.00 uur hadden zoon en ik het thuis wel gehad. Even de zinnen verzetten, even naar James Ensor*.
Bij de entree gaf de klok 16.00 aan en bij vertrek hoorde we de luiken naar beneden gaan. Dan hebben we het toch mooi een uur vol gehouden. Terwijl we alleen de tentoonstelling van Ensor en de museumwinkel hebben aangedaan.
Museumbezoek en het waarderen van kunst is dus blijkbaar iets wat je kinderen kunt trainen. Die van mij kan steeds langer geconcentreerd kunst kijken. Wat helpt is de vertrouwdheid van bekend terrein en het herhaald zien van kunstwerken. Zo begroette Markus al meteen bij aankomst in de hal - ' Daar heb je de vliegende meneer weer' - het werk Klapperschroef - rugzak - met Vliegenier van de Belgische kunstenaar Panamarenko.
En alsof het om zijn buurman ging wist hij over een van de hoofdwerken van de tentoonstelling, het werk De Intrige zelfverzekerd te vertellen: ' Mooi he, die hoort ook bij Ensor'
Waar ik me over blijf verbazen is de scherpe manier waarop kinderen kijken en analyseren. Nog voordat ik het skelet hoofd van een van de figuren tot me heb laten doordringen zegt mijn zoon al: ' Gek he die heeft geen gezicht' . Kinderen zien tegenstellingen die wij niet zien. Het is toch frappant dat Markus over de Skeleton Painter zegt: ' Hij kijkt griezelig, hij kijkt blij. Gek he'. Al geloof ik toch dat ik me hier moet corrigeren want wie ziet hier nu de tegenstelling; ik als ouder of het kind ...
*Gemeentemuseum, James Ensor t/m 13 juni/afbeelding: Skeleton Painter James Ensor 1896
Geen opmerkingen:
Een reactie posten